close

Wat is voedselallergie ?

Voor een deel van de bevolking kunnen sommige voedingsmiddelen neveneffecten veroorzaken. Deze laatsten zijn te wijten aan een voedselallergie of intolerantie.

Bij het eerste contact met het allergeen wordt het lichaam eerst gesensibiliseerd. De B-cellen, zijnde de immuuncellen, produceren specifieke antilichamen, namelijk de immunoglobulines E. Deze Ig E zullen zich hechten op mastocyten die ontstekingsstoffen zoals histamine produceren. De allergische reactie barst niet los bij het eerste contact met het allergeen.

De symptomen verschijnen als de persoon het allergeen opnieuw inneemt. De specifieke Ig E antilichamen zullen in contact komen met het allergeen en de mastocyten geven stoffen af die allergische reacties veroorzaken.

Het kan gaan om :

  •         Rhinitis en astma
  •         Aanvallen van atopisch eczeem
  •         Gelokaliseerde of veralgemeende netelkoorts (soms geassocieerd met oedeem)
  •         Spijsverteringsstoornissen

Anafylactische schock is de meest ernstige vorm van allergie ! De voedingsmiddelen die dit veroorzaken alsook de symptomen, variëren in functie van de leeftijd, maar de latentietijd is voor iedereen identiek : van enkele minuten tot 2 uur na inname van het voedingsmiddel.

Wie heeft een verhoogd risico?

Kinderen met allergische ouders hebben twee keer zoveel kans om een voedselallergie te ontwikkelen dan kinderen zonder allergische ouders.

Borstvoeding kan het risico verlagen ten opzichte van zuigelingenmelk.

Voedselallergieën komen vaker vóór 2 jaar voor. Naast genetische aanleg, kan de onvolledige ontwikkeling van het immuunsysteem en van het spijsverteringsstelsel de oorzaak zijn. De meest voorkomende allergieën zijn allergieën voor koemelk en eieren.

Voedselallergie bij schoolgaande kinderen en bij volwassenen wordt over het algemeen geassocieerd met hooikoorts of andere luchtwegenallergieën.

Kruisallergieën

Men spreekt van kruisallergie wanneer een persoon reageert op sterk gelijkende allergenen of op eiwitten met een grote structurele homologie, maar afkomstig van verschillende allergeenbronnen.

Voedselallergie en luchtwegenallergeen : bij voorbeeld : allergie voor berkenpollen brengt in 50 tot 70% van de gevallen een allergie voor bepaalde rauwe vruchten met zich mee (appel, peer, perzik, abrikoos, …), groenten (selderij, wortel, …) hazelnoten, amandelen, walnoten, …

Allergie voor latex is gekruist met allergie voor banaan, avocado, kastanje, papaja, ananas, pinda’s, …